Halfjaarlijkse aanpassing van de interestvoet bij betalingsachterstand in handelstransacties

Lange betalingstermijnen en betalingsvertragingen zijn nefast voor uw onderneming. De wet betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties schept een duidelijk juridisch kader voor betalingen tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en overheden. De halfjaarlijkse aanpassing van de interestvoet bij betalingsachterstand in handelstransacties bedraagt voor het tweede semester van 2015: 8,50%.

Voor leveringen, diensten én werken

Sinds 16 maart 2013 is het regime van de betalingsachterstand bij handelstransacties van toepassing op elke transactie tegen betaling:

tussen ondernemingen onderling (ook tussen vrije beroepers, zelfstandigen of non-profitbedrijven); of

tussen ondernemingen en overheidsinstanties (bv. gemeenten, provincies, ...), waarbij de overheid de schuldenaar is en het gaat over 'kleine opdrachten'. Bij kleine opdrachten wordt het te betalen bedrag geraamd op minder dan 8.500 euro, of op minder dan 17.000 euro in de sectoren water, post, energie of vervoer.

Die transactie moet leiden tot het leveren van goederen; het verrichten van diensten; of het ontwerpen en uitvoeren van openbare werken en bouw- en civieltechnische werken.

Is er binnen de wettelijke termijn van 30 dagen niet betaald, dan is een wettelijke interest verschuldigd als de partijen in hun contract geen andere interestvoet hebben afgesproken.
Die termijn van 30 dagen begint te lopen:

vanaf de ontvangst van de factuur,

vanaf de ontvangst van de goederen of diensten of het uitvoeren van de werken, of

na aanvaarding of controle ervan, en ten laatste vanaf het aflopen van de verificatietermijn.

Contractuele afspraken over een langere betaaltermijn zijn dus mogelijk, tenzij die afspraken zeer duidelijk nadelig zijn voor de schuldeiser. Op basis van de gangbare commerciële gebruiken in vele sectoren is een termijn van 60 kalenderdagen in de praktijk aanvaardbaar. Bedingen die interest uitsluiten, worden als kennelijk onbillijk beschouwd.
De schuldeiser die wordt geconfronteerd met een laattijdige betaling, heeft automatisch ook recht heeft op een forfaitaire vergoeding van 40 euro voor de invorderingskosten. Van rechtswege en zonder ingebrekestelling.

Interestvoeten eerste semester 2015

De halfjaarlijkse aanpassing van de interestvoet bij betalingsachterstand in handelstransacties wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
Door een wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties op 22 november 2013 zijn gedurende een overgangsperiode van twee jaar twee verschillende interestvoeten van toepassing, naargelang het gaat om een betaling in uitvoering van een overeenkomst gesloten vóór 16 maart 2013, dan wel in uitvoering van een overeenkomst gesloten, vernieuwd of verlengd vanaf 16 maart 2013. Met die dubbele interestvoet wil men vermijden dat overeenkomsten van onbepaalde duur of zeer lange duur die vóór de inwerkingtreding van de wet zijn gesloten, ontsnappen aan de toepassing van de nieuwe (hogere) interestvoet.

Voor het eerste semester van 2015 was een dubbele interestvoet voor achterstallige betalingen bij handelstransacties bepaald:

voor overeenkomsten gesloten vóór 16 maart 2013: 7,50% vanaf 1 januari 2015 tot en met 15 maart 2015 en 8,50% vanaf 16 maart 2015;

voor overeenkomsten gesloten, vernieuwd of verlengd vanaf 16 maart 2013: 8,50% vanaf 1 januari 2015 tot 30 juni 2015.

Interestvoeten tweede semester 2015

Vanaf het tweede semester van 2015 geldt er opnieuw slechts één interestvoet. De interestvoet die van toepassing is voor achterstallige betalingen bij handelstransacties bedraagt vanaf 1 juli 2015 tot 31 december 2015 (tweede semester 2015) 8,50%.